Kampioen Aron Weeda (11) spuit champagne na winst in kartrace

Rotterdam - Hij wist dat hij snel was, maar dat hij zo zou scoren had karter Aron Weeda niet verwacht. De elfjarige Rotterdammer uit De Esch had een droomweekeinde op het circuit van Strijen. Tijdens de laatste ronde van het clubkampioenschap werd hij én dagwinnaar én clubkampioen in de Mini Junioren 60cc-klasse. 

“Dat ik in Strijen kampioen ben geworden geeft echt een kick”, zei een uitgelaten Aron. “De starts gaan een heel stuk beter dit jaar. Het wakker zijn tijdens de race ook.” En zo slaagde hij erin op overtuigende wijze de grootste prijs van zijn seizoen binnen te halen. 

“Als coureur zelf ben ik heel erg vooruitgegaan. Vorig jaar heb ik door corona veel te weinig wedstrijden kunnen rijden en kwam ik niet goed genoeg op gang, had ik slechte starts. Dit jaar zijn we de GK4 Kart Series en het Benelux-kampioenschap in de Mini Parilla-klasse gaan rijden. Zo heb ik veel meer starts geoefend en race-ervaring opgedaan. Daardoor heb ik me steeds verder kunnen ontwikkelen.”

Dat bleek ook in Strijen. Dat Aron, die als kampioenschapsleider naar de Zuid-Hollandse piste was gekomen, zich kon opmaken voor een topweekeinde, werd al snel duidelijk. “Het ging in de kwalificatie al goed. Ik had poleposition en de nummer twee in het kampioenschap was derde. In de eerste race ging het bij mij heel goed, ik was eerste, en mijn concurrent om de titel was niet in de top drie geëindigd. Zo liep ik weer een paar punten uit.”

Daarna bewees hij in de tweede race van het weekeinde dat hem en alleen hem de titel toekwam. “In die race ging het ook top, heb ook die race gewonnen. Volgens mij was ik toen al clubkampioen.” En jawel, ook de winst in race drie werd de zijne. Al moest hij daarvoor nog wel een hachelijke situatie in de eerste meters van de race overwinnen. “Bij de start van race ging ik rechtdoor omdat iemand me op mijn achterbumper had getikt. Daardoor was ik teruggezakt naar de vierde plaats. Ik heb iedereen weer ingehaald. Ik had geen schade en won ook die race.” 

Met drie zeges uit drie was Aron de overtuigende dagwinnaar. Hij stond zelf enigszins perplex dat hij in zijn Energy-kart het kampioenschap zo succesvol had afgesloten. “Aan het begin van het jaar hadden we dit helemaal niet verwacht. De eerste ronde van het kampioenschap ging het wel best wel goed, maar tijdens de tweede en de derde ronde ging het minder goed. Na de vierde ronde stond ik wel eerste in het kampioenschap.” 

Aron gaat met sprongen vooruit en dat belooft wat voor volgend seizoen. Bovendien heeft de talentvolle coureur ook al de nodige ervaring. Hij was immers pas zeven jaar toen hij met karten begon. “Ik ging altijd met mijn vader mee, die met oud-karter Guust Specken naar Italië en Kerpen ging. Op een gegeven moment zei ik tegen hem: ik wil gaan karten. Ik was zes, maar hij vond dat eigenlijk nog te vroeg.” 

Een jaar later was het dan toch zover: vader Harry kocht een helm voor hem, leende een oud pak en kocht schoenen. Aron: “Toen zijn we begonnen op Strijen. Die eerste keer ging best wel goed, maar ik reed tussen een paar snelle jongens. Iemand wilde me inhalen. Hij zette hem aan de binnenkant en ik schoot eraf. Ik klapte in de bakken, kwam vies uit en de kart en moest huilen. Ik belandde in het ziekenhuis. Er zat een beetje vocht in mijn maag. Gelukkig hoefde ik niet geopereerd te worden. Ik moest wel een nachtje blijven. De volgende dag kon ik naar huis. Daarna duurde het wel even voordat het weer goed ging.” 

Aron en zijn vader probeerden steeds verder te komen. “Vorig jaar zijn we clubwedstrijden gaan rijden in Strijen. Bij de start verloor ik steeds vier plekken, maar het ging wel steeds beter. Aan het eind van het jaar hebben we gekeken hoe het zou gaan tijdens een ronde van het NK bij de Mini Junioren 60cc-klasse in Berghem. We gingen voor de top tien. Ik dacht dat het best een uitdaging zou zijn, maar in de kwalificatie was ik al zesde en ik kwam uiteindelijk op het podium terecht. Het ging veel beter dan verwacht.” 

Dat Aron zou gaan karten, was overigens niet zo vreemd, want zijn vader heeft zelf ook altijd gereden. “Ik ben zelf ook nog clubkampioen geweest in Strijen, 125cc schakel. Na wat omzwervingen zijn we bij Energy terechtgekomen. Voor mij is het een serieus ding om dit met hem te doen. Ik heb veel met Arthur Dontje samengewerkt. Toen zij in het karten kwamen, deden ze eerst Rotax, later zijn ze overgestapt op schakelkarts en ben ik erbij gekomen. Ik deed de motoren en organiseerde alles tijdens de races. Arthur is altijd wel een rode draad gebleven in het karten. We hebben altijd met elkaar te maken gehad. Nu ben ik de jongens van zijn Kart Academy aan het helpen. Ik neem ze mee op sleeptouw naar clubwedstrijden op Strijen.” 

Hetzelfde doet hij met zijn zoon Aron. Al hoeft hij hem niet te motiveren, fanatiek als Weeda junior is. Hij traint fanatiek en rijdt veel wedstrijden op zijn weg naar de top. “Als klein kind was het altijd mijn droom om te karten en kampioen te worden. Ik moet gewoon veel wedstrijden rijden. De snelheid, dicht bij elkaar rijden, kwalificatie en inhalen natuurlijk. Die beleving is echt superleuk.” 

Behalve zijn wedstrijden in de Mini Junioren-klasse doet Aron ook mee in de Mini Parilla-kampioenschap van de GK4 Kart Series. Daar rijdt hij bij het topteam van oud-wereldkampioen karten Peter de Bruijn. “Dat doen we met een Falcon-kart. Die gaat superfijn.” Ook dat kampioenschap heeft hem aan de nodige ervaring geholpen. “Ik ben zeker tevreden over dit seizoen. Ik heb veel geleerd.”