Wereldkampioen nu even alleen jurylid

ROTTERDAM – Menno van Gorp kwam op 12 september niet in actie op het eerste officiële NK Breaking in Topsportcentrum Rotterdam. De drievoudig wereldkampioen was jurylid, net als dit weekend bij de BC One Holland Cypher in de Maassilo. “Het is goed dat deze toernooien in Rotterdam plaatsvinden, je merkt dat het effect heeft op de populariteit van breaking bij de jongere generatie.”

“Voorheen had je alleen de Dutch B-Boy Championships”, legt Menno uit. “Dat waren crew battles. Die heb ik zes of zeven keer op rij gewonnen met mijn team. Nu breaking in 2024 in Parijs een Olympische sport is, is er een Nederlandse ranking en een NK met een-tegen-een wedstrijden.”

Hij vindt rankings eigenlijk niet goed passen bij breaking. "Een ranking is goed om structuur te krijgen in het competetieve gedeelte," legt hij uit, "maar in de break scene draait het om méér. Er zijn intern allerlei stromingen en er is een hechte community. In de moderne dans en theaters krijgt break steeds meer invloed. B-boy Redo won in 2019 de Zwaan, de belangrijkste prijs voor Nederlandse dansers."
Op het NK heeft Menno veel nieuw talent gezien, vooral bij de B-Girls. "Wat ik jammer vind, is dat er voor de beste B-Girl een hoofdprijs was van 500 euro, terwijl de B-Boy die als eerste eindigde 1000 euro kreeg. Dat zou gelijk moeten zijn, bij een beperkt budget desnoods twee keer 750 euro.”

Zelf neemt Menno (32) momenteel een ‘break’ om mentaal en fysiek de accu op te laden voor Parijs 2024. “Het klopt dat ik nog steeds nummer één sta op de wereldranglijst. Dat komt omdat ze de resultaten van meerdere jaren hebben opgeteld. Ik denk dat ik over ongeveer anderhalf jaar wel weer zal gaan battelen. Dat moet ook wel, want om mee te doen aan de Spelen moet ik vormbehoud tonen.”