Mick de Witte is óók fotograaf, deze foto maakte ze van zichzelf.
Mick de Witte is óók fotograaf, deze foto maakte ze van zichzelf.

Dansend maakt Mick de Witte mensen blij, en de stad vrolijk

Algemeen 1.850 keer gelezen

Rotterdam - Overal draaien blije gezichten zich naar de straatkant als Dancing in the Street door Rotterdam trekt. Het groepje dansers (’Ditsers’) laat al bijna een jaar zien hoe je vrolijk blijft als het even moeilijk gaat, hoeveel veerkracht we hebben. En dat de stad zelf óók een club kan zijn. Mick de Witte (51) is vast van plan daarmee door te gaan. Al is ze nu eerst eerst even op reis, eindelijk weer. En Mick is deze week ook onze Rotterdammer van de Week.

Door Emile van de Velde

Wat was het idee van Dancing in the Street?

“Wat ik eigenlijk wil is vrolijkheid brengen, mensen blij maken. Toen we allemaal thuis zaten en alles dicht was, bedachten we een soort stille disco, maar dan op straat. Iedereen lacht als we voorbij dansen, mensen zwaaien, doen een stukje mee. We hebben altijd een paar extra koptelefoons mee voor onderweg, om voorbijgangers te verassen. Pas hadden we twee Belgische jongens die aansloten en tot het einde meedansten. En zelf wil ik gewoon graag bewegen. Ik werk thuis. Hardlopen heb ik ook gedaan, maar dat vind ik helemaal niet meer leuk. Mijn sport is anderhalf uur dansen, door de stad. Het werkt soms bijna therapeutisch. Soms zijn mensen na afloop tot tranen geroerd, van het lachen hoor. Nee, we hebben nooit problemen met de politie of zo, vaak doen die zelfs een stukje mee. Vrijdag zei iemand: ‘Dansend op straat zie je de stad op een heel andere manier.’ En zo is het. Als je door de straten danst, wordt de stad één grote club.”

Maar nu ga je even weg? Je bent naast een danser ook een reiziger toch?

“Ja, ik heb in Spanje gewerkt, in Frankrijk, Australië. En overal kwam ik Rotterdam tegen. Ik werkte vroeger bij Nighttown. En dan was ik ergens aan de andere kant van de wereld en werd ik toch weer herkend door iemand uit Rotterdam. Nee, echt heimwee had ik nooit. Ja, soms miste ik Europa met z’n historie. Nu ga ik maar twee weekjes weg hoor. Naar Elba, het eiland van Napoleon. Scooteren en duiken. Duiken is ook een passie van me. Wist je dat het water in Rotterdam steeds schoner wordt? Er leven nu zelfs ook oesters in onze haven. Ik heb geen plannen meer om écht lang uit Rotterdam weg te gaan. Ik geloof dat ik mijn thuishaven nu wel gevonden heb.”

Ben je in Rotterdam geboren?

“Nou, eigenlijk Dordrecht, maar dat was toeval. Ik ben opgegroeid op het water. Mijn ouders waren kapiteins, ze hadden een binnenvaartschip. De eerste jaren van mijn leven heb ik op het water geleefd. Als ik bij mijn ouders aan boord was, en we over de Rijn weer terug naar Rotterdam kwamen, waren al die cliché’s waar. Dat we onder de bruggen door Rotterdam binnenvoeren, en de stad zagen. Dan kwam ik thuis. Kon ik even op de wal, de stad in, vrienden opzoeken.”

En als je straks terug bent, ga je weer door de stad dansen?

“Ja, daar ga ik mee door. Al ga ik wel een iets ander concept bedenken, iets meer vrijblijvend denk ik. Het liep wel een beetje uit de hand, er zitten meer dan 100 mensen in onze appgroep, het werd bijna een dagtaak joh! Maar ik blijf door de stad dansen. Uiteindelijk wil ik mensen vrolijk maken. Ook als fotograaf heb ik dat altijd gezocht. Ik heb altijd ménsen op de foto willen zetten, met emotie. Nu werk ik voor het Havenbedrijf op het RDM-terrein. Daar moet ik met mijn collega’s voor verbinding zorgen, tussen de twee rivieroevers. RDM en M4H vormen samen het Rotterdam Makers District. Er gebeuren geweldige dingen in onze haven. Rotterdam heeft dan wel niet meer de grootste haven ter wereld, maar we gaan wel de slímste haven worden. Het is prachtig om dat van dichtbij te zien. En ik ga elke dag met de boot naar mijn werk, met de waterbus. Dan begin je zó lekker aan je dag. Fantastisch!”

Water is belangrijk voor je?

“Héél belangrijk. Ik wil altijd golfjes horen. Of het zonnetje op het water zien tinkelen. Ik woon aan het Churchillplein. Bij de Leuvehaven. Het is een zoete inval bij me thuis. Mijn ijskast staat altijd vol biertjes en wijn, vrienden mogen altijd langskomen. Tijdens de lockdown had ik van mijn huis een Italiaans restaurant gemaakt, met een tafeltje voor twee bij het raam. En dan ging ik koken. Het belangrijkste dat ik wil als ik ooit kom te overlijden, is dat mensen me herinneren als iemand bij wie iedereen welkom was, iemand die voor vrolijkheid en een goed gesprek zorgde.”

Kijk voor Ditsers en andere vrolijke Rotterdammers bij mickpunt_ op Instagram.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant