Hartverwarmend. Foto: Politie Rotterdam
Hartverwarmend. Foto: Politie Rotterdam Cees

Agent belt op de gok aan bij man die hij een half jaar eerder reanimeerde: ‘Is dat wel gepast? En wat als hij overleden is?’

Algemeen 16.468 keer gelezen

Rotterdam - We vonden een hartverwarmend mooi verhaal bij politie Rotterdam op Facebook. In het verhaal vertelt aspirant-agent Guido over een man die hij een half jaar geleden gereanimeerd heeft. Als hij toevallig langs de woning van de man komt, neemt hij de gok om aan te bellen, zenuwachtig of die nog wel in leven is. Hier staat zijn verhaal:

Aspirant Guido: Eergisteren reed ik aan het einde van mijn dienst toevallig langs een woning waar ik mijn eerste reanimatie had gehad - nu zo’n half jaar geleden. Naast mij zit Janmarc: één van de collega’s met wie ik toen ook in dienst was. We kijken elkaar aan en denken allebei hetzelfde... Hoe zou het nu met hem afgelopen zijn?

Ik zet onze politieauto aan de kant en we overleggen even. We hebben destijds alles gedaan wat we konden en hebben het uitgebreid besproken. Mijn praktijkbegeleider had destijds aangegeven dat het ons altijd vrij staat om even langs te gaan of de familie na te bellen, als we maar rekening hielden met eventuele teleurstelling. Ook voor onze eigen verwerking. We hadden enkele maanden later van een andere collega - die destijds ook met ons in dienst was - vernomen dat de man het mogelijk overleefd had. Iets wat ik nauwelijks voor mogelijk had gehouden, als ik terugdenk aan de situatie.

Aspirant Janmarc: “Dat vond ik een fijne gedachte om de melding mee af te sluiten.” Op de opleiding hebben wij geleerd je gedachten te controleren en het idee alleen al was voldoende: we hadden alles gedaan wat we konden en mogelijk ook nog met een goede afloop. Dat laatste was al een soort ‘bonus’. Maar nu staan we voor het huis en begint het te knagen...

Ik denk terug aan de onzekerheid die er was toen hij de ambulance in werd gereden en hoe grijs zijn gelaat was. Tot aan de ambulance ben ik, zo goed als ik dat kon op een rijdende brancard, met één hand doorgegaan met reanimeren. Mijn andere hand had ik nodig om kracht bij te zetten en de brancard vast te houden. Gelukkig zijn we goed getraind in reanimeren.

Zullen we aanbellen? Is dat wel gepast? En wat als hij overleden is? “Dan kunnen we op z’n minst onze condoleance meegeven en de nabestaande te woord staan.” Maar wat als hij wél nog leeft? Twijfels, vragen en spanning bouwen zich op, als ik ineens de knoop doorhak. “Ik heb er vrede mee, ik wil aanbellen. Jij ook?” “Ik ook.” Ik druk op de intercom.

Na enkele seconden springt de camera aan en hoor ik een volwassen mannelijke stem. “Hallo?” Wij kijken elkaar aan... We vergeten bijna iets terug te zeggen. “Wij zijn van de politie, mogen wij misschien even naar boven komen?” De man reageert vriendelijk: “Ja hoor.” En de deur gaat open. Boven bij de deur moet ik twee keer kijken voor ik het geloof, maar een vriendelijke man met een gezonde kleur in zijn gezicht kijkt ons glimlachend aan. Alsof hij zo van een terrasje komt. Het is ‘m... 

We vragen naar zijn naam. “Ja, dat ben ik.” “Wij hebben u destijds gereanimeerd, meneer.” Er verschijnt een lach van oor tot oor en hij steekt zijn hand uit: “Ongelooflijk. Mag ik jullie enorm bedanken? Jullie hebben mijn leven gered.” Na een coma van twee weken en een wekenlang herstel, was de man zelfs alweer aan het sporten. Er hangt nu een AED aan het gebouw. Hij was erg blij ons eindelijk te ontmoeten; “toen ik weer thuis was, ging ik me van alles afvragen: wie hebben mij in leven gehouden. Dus toen de agenten aanbelden was ik dolblij om ze te zien. Ik heb veel respect voor alle hulpverleners. Ze hebben er echt alles aan gedaan om mij te helpen, dat is prachtig om te weten.”

Zie ook de facebookpagina van Politie Eenheid Rotterdam.

Uit de krant