Afbeelding
Column

‘Even weg van het verdriet, van mensen en hun dolken in mijn rug’

Algemeen 1.975 keer gelezen

Rotterdam - Onze columnist Rachid Benhammou zit in Tanzania. Waar hij mijmert over wat er in de wereld (en Rotterdam) gebeurt. ‘Het is tijd om de boodschap van liefde door te geven, in plaats van de boel te slopen.’

‘Uw minst favoriete columnist gaat nu even niet zeiken, zeuren of zaniken. Maar ik wil wel graag mijn gedachten delen met u. Mijn schrijfsel komt deze week vanuit het prachtige Tanzania. Waar ik, zelfs midden in een paradijs op aarde, de ontwikkelingen in de rest van de wereld meekrijg. Ja, ook die in mijn eigen stad, het koude Rotterdam. Ik was even alle misère, wanhoop en negativiteit ontvlucht. Ik was er mentaal ook wel heel erg aan toe hoor. Zware jaren achter de rug, waarin ik mijn beide ouders verloor, mijn relatie stukliep en oh ja, er was ook iets met een virus en bijhorende ellende. Het enige wat ik wilde was weg. Weg van het verdriet. Weg van mensen en hun dolken in mijn rug. Weg van alles. En dit oude lichaam, dat ik jarenlang zinloos geweld heb aangedaan, had het ook even nodig. Gewoon weg.

Terwijl ik op een ochtend de berichten las (ja, helaas kon ik die niet negeren) over de ravage die mijn stad had moeten ondergaan, vroeg ik me af wat deze wereld eigenlijk aan de mensheid heeft. Ik moest denken aan wat mijn wijlen ouders altijd tegen me zeiden. ‘De mens heeft, naast empathisch vermogen, verstand en positieve energie, het allermooiste geschenk gekregen wat we maar kunnen bedenken. Namelijk de toestemming van Moeder Aarde om erop te mogen wonen. Slechts één leven lang.’ Maar Moeder Aarde is verdrietig. We hebben de wereld ondersteboven gedraaid en wachten tot het op z’n kop landt. En in plaats van dat we Moeder Aarde en onszelf weer proberen gelukkig te maken, staan we elkaar vooral naar het leven. In plaats van dat we vrienden worden, maken we steeds meer vijanden. En dat met de kennis dat we slechts elkaar hebben. Jij, ik en Moeder Aarde. In één leven lang. We hoeven niet meer te overleven, zoals onze voorouders dat moesten, althans niet in het rijke Europa. We hoeven er slechts iets moois van te maken. Maar schijnbaar is dat gegeven nog niet doorgedrongen.

Dat is wel het geval in dit paradijsje. Waar men, ondanks armoede, natuurrampen en ziektes, het leven wel snapt en niet zeikt, zeurt of zanikt. En waar men nog wel moet overleven, maar er iets van probeert te maken. Het wordt tijd dat we het er met elkaar over gaan hebben. Over de wereld om ons heen en over de rol die wij hier spelen. Tijd om de boodschap van liefde door te geven, in plaats van de boel te slopen. Tijd om te praten met elkaar, in plaats van te schreeuwen. Want als we de wereld weer gelukkig kunnen maken, hebben we ook geen zorgen meer. Of zoals ze hier zeggen: ‘Hakuna Matata’.’

Rachid Benhammou is cultureel ondernemer en freelance journalist.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant