Met een halve tandenborstel de ultrarun door de Sahara

Rotterdam - Op de dag van de NN Marathon Rotterdam beginnen Thijs Boogert en Rob Spruyt aan een grotere uitdaging: de Marathon des Sables. Zij rennen in zes dagen ruim 250 kilometer door de Sahara. Steven Schless loopt komende zondag wél in eigen stad, maar heeft ook een ultrarun in het vizier: de Comrades Marathon over 89 kilometer in Zuid-Afrika.

Door Emile Hilgers

Voor Thijs en Rob is de ‘toughest foot race on earth’ meer een wetenschap geworden dan een sportieve test. Al meer dan een jaar lang hebben ze via internet en gesprekken met ervaringsdeskundigen uitgevogeld wat ze het best in hun rugzak mee kunnen nemen naar Marokko. De organisatie zorgt voor tenten en water, de rest moeten de heren zelf van start naar finish dragen.

“We beginnen met een gewicht van ruim 9 kilo”, vertelt Thijs, terwijl hij een bijna vacuüm zakje met toiletspulletjes laat zien. “Ik heb mijn tandenborstel ingekort, dat scheelt weer. En we hebben precies uitgerekend hoeveel voeding we nodig hebben, koolhydraten, eiwitten, vitamines en dergelijke.” Rob heeft ook snoep klaar liggen. “Dat lijkt me super, in de woestijn winegums eten. Maar zonder gekheid: we hebben genoeg eten bij ons. Mijn angst is dat je in zulke zware omstandigheden de wil om te eten en drinken verliest.”
De route krijgen de deelnemers pas bij de start, mede om te voorkomen dat ze onderweg hulp organiseren. Ze lopen elke dag zo’n 40 kilometer, ergens halverwege kunnen ze kiezen of ze een etappe van 80 kilometer aan één stuk door lopen of in twee dagen. “Kies je voor één dag, dan is in de schemer een laserstraal je richtpunt”, vertelt Rob. “Bij daglicht loop je op kompas en hoop je dat er iemand voor je loopt”, zegt Thijs over de navigatie.
Met trial runs en trainingen op het strand hebben de kilometervreters van Rotterdam Atletiek alvast gewend aan het zand. “Jij hebt de hele kust van Nederland gezien”, zegt Rob richting z’n maatje. Thijs verklaart waarom: “Je moet van het zand gaan houden, kreeg ik als advies.”

Warme wind

Clubgenoot Steven Schless heeft als voorbereiding meerdere marathons en de 60 kilometer van Texel gelopen als hij op 4 juni aan de start staat voor de Comrades Marathon, de oudste ultramarathon ter wereld (sinds 1921). Over de omstandigheden zegt hij: “Afgelopen jaar was het prima, 7 à 8 graden ‘s ochtends bij de start en 24 graden in de loop van de dag. Op de hoogvlakte kan er een warme wind staan en je kunt de hele afstand tegenwind hebben.”
De 24-jarige student wil in Zuid-Afrika zijn debuuttijd uit 2016 aanscherpen (9.18.20 uur). Een ander doel is door deelname aan vier evenementen bijdragen aan de Dutch Marine Rowing Challenge, een benefietrace over 300 kilometer van Den Helder naar Wilhelmshaven in juni 2017.